De Carasau is een soort dun en krokant brood afkomstig uit Sardinië. Het is een traditionele specialiteit van het eiland, vaak geserveerd als voorgerecht. De krokante textuur en het gemakkelijke bewaargemak maken het een uitstekende keuze om te combineren met sauzen en kazen. Dit recept begeleidt je bij het maken van huisgemaakte Carasau, perfect voor een aperitief met een Sardijnse touch. Zo maak je Carasau.
De Carasau is van Sardijnse oorsprong en wordt gepresenteerd als een zeer dun, droog brood
De Carasau wordt ook 'carta da musica' genoemd vanwege het geluid dat het maakt bij het kauwen
Het is een armeluisbrood dat, vergelijkbaar met andere broodsoorten die in Noord-Afrika worden gegeten, bijna symbolisch gist nodig heeft
Het kan op Arabisch brood lijken, maar verschilt er aanzienlijk van omdat Arabisch brood van gewone bloem is en er vetten aan worden toegevoegd waardoor het zacht en mals wordt
Het deeg, bestaande uit water, bloem en gist, wordt bij voorkeur met een spiraalkneder ongeveer 12-14 minuten gekneed
De porties wegen gemiddeld 50 g en worden zeer dun uitgerold
Het zout, eenmaal opgelost in water, wordt meerdere keren met een kwast over het hele oppervlak aangebracht voordat het de oven ingaat
Het bakken gebeurt op ingevette bakplaten bij een temperatuur van 220-225 graden
Deegroller
Foodprocessor
Italia, Sardegna
Energie (kcal) | 194,39 |
Koolhydraten (g) | 43,1 |
waarvan suikers (g) | 1,02 |
Vetten (g) | 0,42 |
waarvan verzadigd (g) | 0,05 |
Eiwitten (g) | 6,62 |
Vezels (g) | 1,32 |
Uitverkoop (g) | 0,31 |